woensdag 7 september 2011

Stap 5: boek: ceremonies en feesten + websites





Bron: Broadbent L., (2005), Ceremonies en feesten: de dood. Amsterdam: KI voor de Tropen.

Dag bloggers,

Ik hoop met in deze bron het antwoord te vinden op de vraag (4) hoe andere religies omgaan met de dood. Ik ben heel benieuwd naar hun rituelen. Wat zijn de verschillen met de christelijke tradities? De joodse, islamitische, boeddhistische en hindoeïstisch tradities worden besproken.
                                           Hier alvast een kort overzicht.
  • Jodendom
Volgens de joden is de dood een onderdeel van het leven, de ziel is onsterfelijk.
Na het overlijden wordt het lichaam gewassen en in een eenvoudig wit doodskleed gewikkeld. Daarna wordt dit in een houten kist gelgd. Met eenvoud  geven ze aan dat voor God na de dood iedereen gelijk is. Aan het hoofdeinde wordt een speciale kaars neergezet en tot aan de uitvaart blijft er voortdurend iemand bij het lichaam. Samen met een rabbijn wordt er gebeden voor kracht om het verlies te kunnen dragen en om de gestorvene in vrede te laten rusten.

De begrafenis vindt zo snel mogelijk na het overlijden plaats. Familie is hier zeer belangrijk.
Zij laten de kist zakken tijdens een herdenkingsgebed en zij scheppen als eerste zand, om op de kist te gooien. Het scheppen wordt herhaald tot het gehele graf gevuld is met aarde. Ondertussen worden psalm 91 uitgesproken die beschrijft hoe God iedereen beschermt, liefheeft en verlost.
De joden hebben meestal geen bloemen, zij geven liever geld aan liefdadigheid.

Na de begrafenis begint de rouwweek. De rouwenden bereiden geen voedsel, werken niet, mannen scheren zich niet. Dit geeft aan det het gewone leven even stilstaat. Ze dragen gescheurde kleren als teken van verdriet. De deur staat voor iedereen open, er is tijd voor troosten.
Na een week keert iedereen langzaam terug naar de dagelijkse activiteiten.
Pas na een jaar wordt een eenvoudige grafsteen op het graf gezet.
Op de steen staat enkel de data van geboorte en overlijden en de naam van de overledene. Ook hier is de hele familie aanwezig. Dit is de laatste fase van de rouw.

Extra bron: Dhr. Mirtenbaum, vader van een Joodse student.
  • Islam
Moslims kennen een rouwperiode van veertig dagen. Ze begraven een lichaam, er wordt nooit gecremeerd, omdat Allah gebiedt dat de mens geen vuur mag gebruiken om te vernietigen wat hij geschapen heeft.

Volgens de Koran is het lichaam van een overledene onrein. Daarom wordt er een rituele wassing (3 baden) gedaan door de familie of vrienden. Na deze baden wordt de overledene in doeken gewikkeld, 3 voor mannen, 5 voor vrouwen. Dit kunnen ook doeken zijn die speciaal in Mekka werden gekocht.
Na het inwikkelen wordt er een vredesgroet gezegd.

Het lichaam wordt zo snel mogelijk begraven, liefst zefls binnen de 24 uur na overlijden. Het wordt naar de moskee gebracht, waar mannelijke familieleden of vrienden gebeden uitspreken.
De overledene wordt in het graf op de rechterzijde gelegd met het gezicht in de richting van Mekka.
Daarna gooit iedereen die aanwezig is drie handen aarde in het graf.
Op de grafsteen komt een eenvoudige grafsteen met de gegevens van de overledene.

Extra bron: http://www.uitvaart.nl/


  • Hindoeïsme
Voor Hindoes is de dood niet het einde van het leven, maar het begin van een nieuw leven. Zij geloven in reïncarnatie of wedergeboorte.

Tijdens het leven zijn er verschillende sanskara's of rituelen. Alle familieleden worden hierbij uitgenodigd. Eerst wordt het lichaam gewassen, bij voorkeur met water uit de Ganges, die heilige rivier. Daarna wordt het lichaam ingewreven met zoetgeurende sandelhoutbalsem. Op de ogen worden koperen muntjes gelegd en het lichaam wordt in een wit kleed gewikkeld en naar een plek buiten het dorp gedragen. Daar vindt de crematie plaats.
De priester houdt een plechtigheid waarbij hij eivormige balletjes maakt van rijstmeel, honing, melk, klare boter, suiker en sesamzaad. Deze balletjes staan als symbool voor het leven en worden bij in de kist gelegd.

De oudste zoon loopt met een brandende dia zeven keer rond de brandstapel alvorens hem aan te steken. Hij raakt ermee de mond van de overledene. Dit is de doodskus. Zo wordt symbolisch het lichaam in brand gezet. Het lichaam zal goed branden omdat er eerst gesmolten boter werd overgegoten. Tijdens de verbranding zal de schedel openbreken, dat is het moment dat de ziel het lichaam verlaat.

Na drie dagen verzamelt een zoon de as en strooit deze over de Ganges uit, in het heilige water.

Na de crematie eet de familie 10 dagen sober en scheren de mannen zich niet als teken van respect en smart.
Elke dag houdt men een offerdienst, waarbij rijstballetjes en melk geofferd worden. Dit gebeurt op een hoopje zand, symbool voor Moeder Aarde.

Twaalf dagen na de verbranding houdt men een rouwplechtigheid met speciale offers in het huis van de overledene. Daarna is de rouw voorbij. De sterftedag wordt ook elk jaar herdacht.

Extra bron: www.kuleuven.be/thomas : hindoeïsme
  • Boeddhisme
Volgens de boeddhisten is de dood een onvermijdelijk deel van het leven. Geboorte en dood zijn twee van de vele veranderingen die mensen meemaken en beiden zijn heel natuurlijk. Het leven is veranderlijk en de dood maakt daar deel van uit.

De verschillende ceremonies die na het overlijden plaatsvinden, hangen af van de traditie en het land waarin ze wonen. Wat wel belangrijk is, is dat de families het lichaam van de overledene zien. Het herinnert hen eraan dat we allemaal zullen sterven en dat we een goed leven moeten leiden.

Na het sterven wordt het lichaam "met rust" gelaten zodat de geest zich "naar binnen" kan richten. Men mag het lichaam dan niet aanraken omdat dat de reïncarnatie negatief kan beïnvloeden. Daarna wordt het gewassen met saffraan of gezegend water, in stof gewikkeld, in een kist gelegd omringd door kaarsen, bloemen en wierook. Soms wordt de kist versierd met foto's en gekleurde lichtjes. De uitvaart vindt niet altijd direct plaats omdat de familie het lichaam nog wil zien en hun laatste eer bewijzen. Monniken bezoek het huis en zingen heilige geschriften. De familie bereidt voor hen eten, wat de kans op een gelukkige reïncarnatie vergroot.

Soms duurt de plechtigheid 49 dagen, waarvan de eerste 7 het belangrijkste zijn. Om de 7 dagen worden er zeven weken lang gebeden opgezegd waarbij het hoofd van de familie aanwezig moet zijn.
De avond voor de crematie maken ze muziek en eten. Wanneer de kist naar het crematorium wordt gebracht lopen achteraan rouwdragers met bloemen en wierook. Naast de kist lopen monniken die soetra's zingen. Vervolgens wordt de kist op een brandstapel gezet, de as wordt in een urn bewaard.

Extra bron: http://www.boeddhisme-sterven.nl/

Ik ben blij dat ik deze vraag behandeld heb. Hoewel ik denk dat er in het kleuteronderwijs weinig rekening zal gehouden worden met deze toch wel andere rituelen, vind ik dat ik als kleuterjuf me best wel mag informeren.
Als ik met deze rituelen in contact zou komen, dan zal ik steeds navraag doen bij de ouders, familie. Dit onderwerp is te gevoelig en de kennis blijft hoe dan ook beknopt.

Sandra






Geen opmerkingen:

Een reactie posten